Zowel de beweging van ziekte en zorg naar gezondheid en gedrag, als de verschuiving van middelzware zorg naar de eigen omgeving door tekort aan zorgprofessionals, hebben grote impact op het leven van de burger. Waar men vroeger gewend was om zorg te krijgen na een vraag, moeten mensen nu veel meer zelf organiseren. Daarom is het belangrijk snel antwoorden te vinden op de vraag hoe we zelfredzaamheid en samenredzaamheid kunnen versterken.
In 2020 is Twente Beter ontstaan; een netwerk dat samenwerking bevordert tussen zorgorganisaties, welzijnsorganisaties, gemeenten, GGD, Menzis, en de Twentse Naobers; de inwoners van Twente. Samen werken zij aan de gezondheid en het welzijn van de Twentse burger, met de gedachte dat het anders moet. Intussen is Twente Beter aan Twentse Koers gekoppeld, omdat er veel overlap is. Samen hebben zij het regioplan uitgewerkt, dat aansluit bij de thema’s van het Integraal Zorg Akkoord. Pilots, projecten en experimenten die al liepen, zijn opgenomen in het regioplan.
Vooral de beweging van ziekte en zorg naar gezondheid en gedrag vraagt veel van de Twentse burger. De nadruk ligt steeds meer op wat iemand nog wél kan en wat het sociale netwerk kan doen. Het versterken van de netwerken rondom de mensen, in de buurten en wijken wordt daarom steeds belangrijker. Twente Beter ondersteunt hierbij.
“Je bent zelf verantwoordelijk voor je eigen gezondheid en geluk; dat kan je niet bij een ander neerleggen.”
Zelfredzaamheid en sociale netwerken zijn extra belangrijk als door tekorten aan zorgprofessionals en de toename van een zwaardere zorgvraag steeds meer middelzware zorg naar de eigen omgeving wordt verplaatst. Omdat er ook een groot tekort aan mantelzorgers is, hebben we meer vrijwilligers en stevige netwerken in de wijken nodig, terwijl de samenleving juist uit elkaar is gegroeid.
Gelukkig kennen we in Twente het fenomeen naoberschap, waarbij mensen naar elkaar omkijken en voor elkaar zorgen. Twentenaren zijn daar trots op. Hoewel ook in Twente de verbindingen tussen mensen door de jaren heen zijn verminderd, bestaan de structuren nog steeds. Het is de kunst om deze verbindingen te herstellen en te versterken. Daarvoor moet je op zoek gaan naar de gedeelde passie in de buurten en contacten leggen met verenigingen waar men met deze passie bezig is. Door aan te sluiten bij gemeenschappelijke thema’s en mensen elkaar te laten ontmoeten, ontstaat positieve energie en gaat men meer naar elkaar omkijken.
“Als we mensen in de wijken en buurten op weg helpen om elkaar samen meer te ondersteunen, dan gaat deze transitie slagen.”
Om meer vrijwilligers te vinden zou het een goed idee zijn om 65+’ers in te schakelen; zij hebben veel kennis, ruimte en tijd. Door mee te doen krijgt eenzaamheid onder ouderen geen kans en dat geeft een positieve impuls aan de buurt. En ook aan het leven van deze doelgroep; zij doen weer mee en worden gezien!
Impactmetingen tonen aan dat investeren in de beweging van ziekte en zorg naar gezondheid en gedrag veel oplevert, zowel in geluk en welzijn, als financieel. Onderzoeken laten zien dat investeren in preventie, welzijn en een fijne samenleving leidt tot minder eenzaamheid en een afname van zorgconsumptie met 30 tot 40%. Minder bezoeken aan de huisarts en het ziekenhuis verminderen de uiteindelijke zorgkosten aanzienlijk.
Het belang van burgerparticipatie (naoberschap) bij Visie 2030
In het visiedocument Versterken van de eerstelijnszorg 2030 (de landelijke beweging die ervoor moet zorgen dat de zorg in de toekomst toegankelijk blijft voor iedereen) wordt het belang van burgerparticipatie nadrukkelijk beschreven. Het betrekken van burgers is niet alleen van belang bij het representeren van de wensen en behoeften van burgers, maar ook bij het vormen van hechte wijkverbanden en een regionaal samenwerkingsverband (twee van de belangrijkste speerpunten uit het visiedocument). Zij kunnen lokale initiatieven, die passen bij de activiteiten van een hecht wijkverband, aanjagen.
Bij het stimuleren van burgerparticipatie en het versterken van de sociale cohesie kunnen verenigingen een belangrijke rol spelen. Dit zouden bijvoorbeeld sportverenigingen kunnen zijn. Door sport te combineren met maatschappelijke activiteiten, wordt de club een warme ontmoetingsplek en een platform voor betrokkenheid. Warme ontmoetingsplekken zijn plekken waar lokale burgers bij elkaar komen, activiteiten ondernemen en elkaar ondersteunen.
Deze warme ontmoetingsplekken gaan in de toekomst een belangrijke functie krijgen bij het versterken van de eerstelijnszorg, omdat ze kunnen bijdragen aan een verschuiving van de medische zorg naar de informele zorg. Eenzaamheid wordt tegengegaan, burgers zorgen voor elkaar en op die manier wordt de druk op de thuiszorg verminderd.
Lees meer over het project Versterking Eerstelijnszorg.
___________________________________________________________________________________________________________
Voor ons magazine WelZoGezond interviewden wij Heidi de Bruijn en Willem Joosten over de vraag waarom de inzet van de Twentse burger essentieel is bij de veranderingen in de zorg.
Willem Joosten – voorzitter Twentse Naobers Coöperatie.
Twentse Naobers is een coöperatie van zo’n dertig burgerinitiatieven op het gebied van zorg, welzijn en arbeidsparticipatie met als doel om Twente samen sterker te maken.
Heidi de Bruijn - voorzitter van de Raad van bestuur van Carintreggeland.
Carintreggeland is een zorgorganisatie die ondersteuning biedt op het gebied van zorg, wonen, gezondheid en welzijn, en wil dat cliënten zoveel mogelijk kunnen leven zoals ze gewend zijn en de dingen kunnen doen die belangrijk voor ze zijn.
Bestel hier het magazine en lees het volledige artikel.